In de laatste week van januari herdachten Inheemse gemeenschappen en andere bewoners van het gebied dat 6 jaar geleden de stuwdam bij Brumadinho doorbrak. Daarbij verloren 272 personen het leven en werd grote milieuschade aangericht. Schuldige was de mijnmaatschappij Vale, waarin o.a. het in Heerlen gevestigde ABP grootaandeelhouder is. Vale sloeg op een onverantwoorde manier het afval op met een dam die uit-eindelijk doorbrak. Tot op heden is er nog niet niemand vervolgd, laat staan dat er schadevergoeding is betaald aan de overlevenden die hun grond ver-loren.
Tijdens de herdenking stelden de Kamakã Mongoió- en Xukuru Kariri-volken, beide gevestigd in de regio, een protocol op, een document waarin staat wie zij als volk zijn, wie hun voorouders zijn, hoe ze georganiseerd zijn, hoe ze beslissingen nemen en wie daarbij een rol vervullen. Zo hun hoofdmannen (casiques) en geestelijke leiders (pajés).
Na de mijnramp namen de overlevenden van de gemeenschappen enkele gebieden in die oorspronkelijk al de inheemse volken toebehoorden, maar door grootgrondbezitters ingepalmd waren. Het waren gebieden die met het mijnafval bevuild waren. Toen de indianen deze in bezit genomen hadden, verscheen de mijnmaatschappij die claimde de gebieden als compensatie voor de milieuschade te willen inzetten. Sinds die tijd vinden er regelmatig conflicten plaats. Zo bij voorbeeld bij de begrafenis van een overleden hoofdman die de indianen hier aan de aarde wilden toevertrouwen. Of op een ander moment dat de toegang tot het gebied verhinderd wordt bij medisch noodzakelijke hulp aan een kind.
De gemeenschappen hebben geleerd dat ze zich beter moeten organiseren. Zo komen ze tot een protocol van afspraken hoe ze in contacten met bedrijven en overheidsinstanties willen garanderen dat ze voor hun eisen en belangen opkomen. In internationale verdragen zoals Verdrag 169 van de Internationale Arbeidsorganisatie (ILO) staat dat Inheemse Volken beslissingen moeten kunnen nemen na “vrije, voorafgaande en geïnformeerde raadpleging”.
Voor Nauru Kamakã, cacique (hoofdman) van de gemeenschap Kamakã Mongoió, is het document “een strijdwapen dat mensen van buiten en van binnen de gemeenschappen vertelt wie we zijn en hoe we beslissingen nemen”. En voor cacique Arapowãnã: “een manier om meer stem te geven aan onze gemeenschap op momenten dat we belangrijke besluiten nemen”.
Bijna vijf jaar na de herovering van het genoem-de gebied in Brumadinho viert het hoofd van het Xukuru Kariri-volk de verbeteringen die zijn aan-gebracht in een land dat tot enige tijd geleden verschroeide aarde was. “Het is de demonstratie van de vooruitgang die we hebben geboekt met het land, het zorgen voor Moeder Aarde, op die plek waar we nu zijn, namelijk ons dorp”, legt de leider uit. Voor Lethicia brengt de herinname van het land in de Brumadinho-regio door inheemse volken na de instorting van de dam een perspec-tief van relatie met het gebied dat tegengesteld is aan de roofzuchtige relatie die Vale heeft met die plaats. “Het brengt in feite nieuwe hoop voor de stad Brumadinho en voor de relatie met het mi-lieu en met de sociaal-ecologische agenda”, meent de adviseur.
Mijnbedrijf Vale probeert nog steeds te verhinderen dat de inheemse volken deze gronden als compensatie toebedeeld krijgen. Het betaalt vooralsnog geen schadevergoeding voor de ramp. Daarnaast bezit het nog tientallen dam-men die eveneens een gevaar voor de omgeving vormen.
Vale zou voor het ABP toch een delicate partner moeten zijn die ze wellicht beter kwijt kunnen zijn.
Voor meer informatie: